Taaldieren gaat van A tot Z over de aanwezigheid van dieren in de Nederlandse taal en kinderliteratuur. Kinderen maken al heel jong kennis met dieren in de taal. Ze leren dat een koe ‘boe’ zegt en een kip ‘tok’. Ze worden voorgelezen over De Gelaarsde Kat, die vele jaren later plaatsmaakt voor de fabelachtige wezens in Harry Potter. Maar ze leren ook woorden als hondsmoe en boekenwurm kennen. Taaldieren gaat dus over dieren in woorden, in uitdrukkingen, verhalen, strips en prentenboeken, in liedjes en in gedichten. Het is prachtig versierd met boekomslagen en illustraties. De opdrachten variëren van het opzoeken van informatie op het internet of in de bibliotheek tot het lezen en schrijven van verhalen en het maken van een dierenkwartet. De eindopdracht is het samenstellen van een eigen bundel, compleet met een mooi boekomslag en een wervende flaptekst. Voor kinderen uit groep 6 t/m 8.