Rekenen als een koopman?

Met een beetje kennis van hoe je kind leert rekenen, voorkom je dat je hem van de wal in de sloot helpt. Kinderen van nu leren bijvoorbeeld 'kolomsgewijs rekenen', wat heel anders is dan het 'koopmansrekenen' van vroeger.

Kinderen van nu leren sommen op een heel andere manier uitrekenen dan hun ouders vroeger hebben geleerd. Als je kind dan probeert te helpen, kan hij behoorlijk in de war raken. Dat merk je bijvoorbeeld wanneer je kind met grotere getallen gaat rekenen en deze onder elkaar opschrijft. 

Dat onder elkaar opschrijven herken je nog wel van je eigen schooltijd. Denk je. Maar vergis je niet: de berekening die je kind op die sommen moet loslaten om tot het antwoord te komen, is compleet anders dan het zogenoemde koopmansrekenen van vroeger. Probeer je je zoon thuis wat uit te leggen, reageert hij met: "Zo doen wij dat helemaal niet, papa!" Of: "Nu snap ik er nog minder van dan eerst!"

Van links naar rechts rekenen

Bij het traditionele rekenen werden de getallen onder elkaar gezet, waarna je van rechts naar links aan het rekenen sloeg. Ging je bij het optellen over het tiental heen, dan schreef je dit boven de volgende kolom, kwam je bij het aftrekken tekort, dan kon je links 'lenen'.

Tegenwoordig leren kinderen op school om 'kolomsgewijs' van links naar rechts te rekenen. Eerst ga je aan de slag met de honderdtallen, dan met de tientallen en tot slot met de eenheden. Bij een optelsom worden vervolgens al die deeluitkomsten bij elkaar opgeteld:
456
359 +
700     (= 400 + 300)
100     (= 50 + 50)
15 +    (= 6 + 9)
815
Dat ziet er omslachtig uit, maar het idee hierachter is dat kinderen minder een trucje toepassen en beter doorhebben wat ze eigenlijk aan het doen zijn. Een nadeel is dat door de vele tussenstappen de kans op 'onderweg' een foutje maken weer groter is.