Programmeer je vader (of je moeder, broertje, zusje, …)

Programmeren doe je met een computer. Door een hele serie opdrachten elkaar te zetten, weet de computer precies wat hij moet doen. Maar wist je dat je ook elkaar kunt programmeren? Jij bedenkt de code en je vader (of moeder, broertje, zusje of iemand anders) voert de opdrachten uit. Als een menselijke robot.

Zo werkt het

Eén persoon is de programmeur. De andere is de robot. De programmeur geeft de robot opdrachten die de robot precies moet uitvoeren. Bijvoorbeeld: ga staan, loop 2 stappen naar voren, draai je om naar rechts, leg je linkerhand op je hoofd, doe een stap naar achteren, haal je linkerhand van je hoofd, etc.
 
Let op: de robot kan niet zelf nadenken. Een robot die zit, moet eerst de opdracht ‘ga staan’ krijgen voor hij kan kopen. Krijgt hij die niet, dan reageert hij niet. Een opdracht als ‘pak een gieter en vul hem met water’ kan hij niet uitvoeren. Als de gieter in een keukenkastje staat moet de programmeur eerst stap-voor-stap de robot naar de keuken laten lopen, de hand naar het keukenkastje laten brengen, het deurtje laten opendoen en dan de gieter laten pakken. Daarna moet de code voor het vullen worden gegeven.
 
Dit is moeilijker dan je misschien zou denken. Kijk maar eens naar dit hilarische filmpje, waarin twee kinderen voor hun vader een instructie hebben schreven hoe hij stap-voor-stap een boterham met pindakaas en jam moet smeren:
https://youtu.be/waP5vkMaYjg